Teken- en schilderweetjes

Het is vaak niet eenvoudig om een keus te maken uit de vele materialen die je kunt gebruiken: waterverf, olieverf, acrylverf, potlood enz. Wat kun je nu het beste kiezen? Hier volgen een paar tips over de verschillende materialen en technieken.

Olieverf
Sinds de 16 e eeuw is olieverf op doek een van de meest toegepaste technieken. Olieverf is een langzaam drogende verf die wordt gemaakt door pigmenten te mengen met olie; oorspronkelijk werd lijnzaadolie gebruikt. Olieverf is meestal dekkend. Omdat de verf heel langzaam droogt, is het mogelijk kleuren en nuances geleidelijk in elkaar te laten vloeien. Bij het schilderen met olieverf kan de kunstenaar gemakkelijk wijzigingen aanbrengen. Door het flexibele karakter is het bijvoorbeeld mogelijk een heel glad doek te schilderen, of de verf in dikke lagen op te brengen zodat een pasteus schilderij ontstaat.

Hoe kan je de intensiteit van olieverf behouden zonder met terpentine te werken of in de stank te zitten?
Er is verf die niet stinkt en met water vermengbaar is. Het gaat om watermengbare olieverf. Het merk Winsor & Newton verkoopt het en het heet Artisan. Of Talens Van Gogh H2Oil – waterverdunbare olieverf. Het belangrijkste verschil tussen watermengbare olieverf en traditionele olieverf is de mogelijkheid om de verf te mengen en
weg te wassen met water. Je hebt dus geen oplosmiddelen zoals terpentijn of terpentine nodig. De verf kun je tijdens het schilderen verdunnen met water en ook je kwasten kun je schoonmaken met water en zeep. Ideaal dus als je ergens werkt waar oplosmiddelen verboden zijn of er overgevoelig voor bent. Of: als je gewoon een hekel hebt aan de geur…

Acrylverf
Dit verftype is ontwikkeld in het midden van de 20 e eeuw. Acryl is een soort synthetische hars op basis van polymeerkleuren. De verf wordt gemaakt door pigmenten in een acrylemulsie te mengen. De kunstenaar kan de verf verdunnen met water, maar wanneer de verf droogt verbinden de harsdeeltjes zich tot een stevig, flexibel,
rubberachtig vlies dat geen water meer doorlaat. Acrylverf is geliefd omdat hij snel droogt, waardoor de kunstenaar bijna meteen over een net aangebrachte laag kan schilderen. Hoewel acrylverf lastiger te manipuleren is dan olieverf en waterverf, kan de kunstenaar een mat, halfmat of glanzend resultaat bereiken door de verf met de juiste media te mengen.

Waterverf /Aquarel
Water- of aquarelverf is een transparante verf op waterbasis. De techniek is gebaseerd op een glaceersysteem waarbij de verf in doorzichtige lagen direct op het papier wordt aangebracht. Het wit van het papier speelt een grote rol omdat deze kleur het licht weerkaatst, wat een lumineus effect geeft. Ook het gewicht en de textuur van het papier zijn van invloed op het effect.

Gouache
Gouache is een dekkende waterverf met een dikkere substantie dan transparante aquarelverf; gouache vormt een laag die op het papier ligt. Gouache wordt het meest toegepast bij gebruik van verzadigde of sterk contrasterende kleuren.

Inkt
Inkt was voordat het in Europa in gebruik kwam al vele eeuwen bekend bij de oude Chinezen en Egyptenaren. Er bestonden verschillende soorten inkt: Chinese of Oost-Indische inkt, bister inkt, ijzergal inkt etc. Moderne inkt wordt in vloeibare vorm verkocht, zowel wateroplosbaar als watervast. De eerste vorm is geschikt voor fijne lijnen en subtiele effecten. Gekleurde inkt kan op nat papier worden aangebracht om prachtige uitwaaierende effecten te creëren.

Potlood / Houtskool / Krijt
Gewone potloden zijn gemaakt van grafiet gemengd met klei; hoe minder klei, hoe zachter. Potlood geeft een zilverachtig effect en is geschikt voor fijne, gedetailleerde tekeningen. Houtskool is door zijn kruimelige karakter geschikt voor vloeiende lijnen en schaduwen. De hoeveelheid tonen, van lichtgrijs tot diepzwart, is eindeloos. Een bijzondere eigenschap van houtskool is dat het een rijk, fluwelig effect kan geven. Omdat het makkelijk weg te vagen is, wordt houtskool veel gebruikt om te schetsen. Het nadeel van houtskool is dat het snel vlekt en makkelijk breekt. Krijt wordt gemaakt door pigmenten te samen te voegen met een vettig bindmiddel. Krijt wordt in verschillende samenstellingen en kleuren geproduceerd. Het materiaal kan een glanzend, rijk, dekkend effect geven. In tegenstelling tot houtskool kruimelt krijt niet en is het lastiger uit te vegen.

Pastel
Pastelkrijt wordt gemaakt door pigmenten samen te voegen met een niet vettig bindmiddel. Pastels geven een mat, dekkend effect. De krijtjes worden verkocht in drie gradaties: zacht, medium en hard. Zachte pastels worden het meest gebruikt omdat ze het makkelijkst hanteerbaar zijn. Pasteltekeningen zijn geliefd om de gevarieerde
effecten die met dit materiaal mogelijk zijn: dun of dik, fijn of fluweelachtig rijk, glad of pasteus.

Collage
Collage werd aan het begin van de 20 e eeuw erkend als serieuze kunstvorm. De term is afkomstig van de 19e -eeuwse ‘papiers collés’ techniek, waarbij een kunstwerk ontstaat door verschillende gevonden objecten zoals stof, kranten en karton op een plat vlak te bevestigen. Bij de gerelateerde techniek ‘découpage’ wordt het oppervlak geheel beplakt met knipsels, terwijl bij collage de uitgeknipte vormen een meer individuele rol spelen.

Reactiemogelijkheid is gesloten.